Overslaan en naar de inhoud gaan

Locatiekeuze een heikel punt in de energietransitie

door Inhoudsbeheer11

Locatiekeuze, een heikel punt in de energietransitie

 

Blog 62 * 21  januari 2020 - door Jan Jaap Tiemersma

 

Met de democratische keuze voor meer duurzame energie moeten in het al ‘volgebruikte’ Nederland ook nog energielandschappen toegevoegd worden. Hoe zorgvuldig gebeurt dat?

 

Met de democratische keuze voor meer duurzame energie moeten in het al ‘volgebruikte’ Nederland ook nog energielandschappen toegevoegd worden. Je zou zeggen dat voor het kiezen van locaties voor zeer hoge bouwwerken, die dan ook nog industrieel draaien en knipperen, juist daarom een uitermate zorgvuldige ruimtelijke ordening ingezet moet worden.

Slechte voorbeelden

Maar er is volgens velen grote haast geboden met de realisatie van energielandschappen. En haast is net als een ideologie iets waardoor al gauw doel en middelen door elkaar gehaald worden. Zo was het voor menige ambitieuze overheid niet genoeg om een plankaart in te kleuren met een gewenste ruimtelijke ordening, nee, de windmolens moesten ook nog echt draaien, en zo snel mogelijk. Dit heeft in veel gevallen geleid tot een oneigenlijke symbiose tussen een investerende initiatiefnemer en de overheid. De initiatiefnemer bepaalde waar het energielandschap moest komen (namelijk op zijn grondpercelen) en de overheid faciliteerde dat vervolgens ten volle. De omwonenden van een dergelijk energielandschap moesten daarbij niet zeuren, het ging t/m bij de Raad van State tenslotte om een groot gewichtig algemeen belang.

Omwonenden windenergie

Hieraan heeft de overheid haar eigen tegenstanders wakker gemaakt. In actiegroepen, maar ook met de NLVOW. Die bemoeit zich intussen ook met energielandschappen met zonnevelden. Want het principe is hetzelfde: te grote vergoedingen voor grondeigenaren en te veel (hinder)schade bij hun buren. Sinds enkele jaren werd geopperd de tegenstand tegemoet te komen met participatie. Dat woord werd aanvankelijk uitgelegd als het uitdelen van een mini-tegemoetkoming aan direct omwonenden. Maar dat maakte de tegenstand bijna erger: alsof het machtsoverwicht van overheid met initiatiefnemers af te kopen zou zijn.

Procesparticipatie

De NLVOW heeft zich sterk gemaakt om locatiekeuze voor energielandschappen zuiver te houden middels vooraf een politieke maar goed onderbouwde voorkeursvolgorde van opties. Vervolgens is bepleit voor daadwerkelijke locatie-initiatieven de omwonenden een mede-beslissende stem te geven, bijvoorbeeld via mede-eigenaarschap, en anders naar andere locaties over te stappen. De NLVOW heeft als soort van intermediair bij een aantal initiatieven hierin veel kunnen bereiken, met name door daar te werken aan een Omgevingsovereenkomst. Door zich als NLVOW aan te sluiten bij allerhande andere organisaties en overlegsituaties, is inmiddels een echte wijziging in het machtsdenken van overheden bereikt. Nog steeds besluiten (lagere) overheden zich duurzaam energetisch zelfvoorzienend te willen maken voor een of andere datum. Maar het wordt momenteel meer en meer algemeen om omwonenden al in een zeer vroeg stadium daarin te betrekken op hetzelfde niveau als andere belangen. En dat gaat verder dan wat stickers op een kaart plakken.

Goede voorbeelden

In een groeiend aantal gevallen waarin actiegroepen een beroep doen op de NLVOW, blijkt de betrokken gemeente of RES (groep gemeenten die in energie samenwerken) een goede lijn aan te houden. Ze houden initiatiefnemers en grondspeculanten buiten de deur, totdat een transparante ruimtelijke visie over energielocaties is opgesteld door alleen de overheid. Vervolgens is het reeds vaak een harde voorwaarde, dat initiatieven alleen welkom zijn indien (tenminste) 50% van de investeringen en baten vanuit een lokale coöperatie plaatsvinden. En wie (mede) investeert of juist niet bepaalt: wel of niet op die locatie, en zo ja, onder welke (omgevings-)voorwaarden.

Vervolg

Natuurlijk blijft voor de NLVOW de zorg actiegroepen bij te staan waar een overheid nog steeds probeert om op slinkse wijze een bepaalde initiatiefnemer te bevoordelen. En verder dat een lokale energie coöperatie van enkelingen natuurlijk niet alsnog andere buren buiten mag sluiten in zowel echte proces- als echte financiële participatie. Maar hoofdzaak is te bevorderen dat meer en meer regio’s en gemeenten de omwonenden van energielandschappen voor vol aanzien en hun enthousiasme voor realisatie in maat houden met hen van wie hun woon- en leefomgeving aan de orde komt.

Labels
Categorie