Overslaan en naar de inhoud gaan

Doneer

Wij zijn toegewijd aan een eerlijke energietranistie.  Daarom voert NLVOW met anderen Europa  wij bij het Europese Hof voor u en onze leden een aantal rechtszaken. Zie NLVOW in Europa | NLVOW en www.windeu.org . Deze rechtzaken kosten veel meer dan wij met tientjesleden kunnen dekken. We hebben dringend de steun nodig van onze gemeenschap. Een crowd-funding dus, wij zijn afhankelijk van kleinere en van grote bijdragen !
Uw bijdrage is erg nodig en wordt zeer gewaardeerd. Dank u voor uw steun!

Dronten en Swifterbant worden bedreigd door bromtonen en nog meer!

door Inhoudsbeheer13

Bromtonen ‘s nachts zijn al erg, maar al het geluid van al die windturbines dicht bij elkaar is nog veel erger. De gezondheid van veel omwonenden staat onnodig op het spel. 

ir. Leo van der Stelt bestudeerde het gelekte rapport 'Windparken Dronten' van ingenieursburo DGMR en geeft in deze blog zijn analyse daarover.

 

 

15 december 2025

Alleen nu eerst: Waar gaat het om?

Het grote nieuws in de media van de afgelopen weken op het onderwerp geluid van windturbines is ontstaan door het uitlekken van het rapport “Windparken Dronten” zie ook de informatie van https://www.windbrekers-swifterbant.nl/laatste-nieuws.

Het wordt vooral om twee redenen aangemerkt als groot nieuws:

Ten eerste de bevestiging dat er over een lange periode en gesignaleerd op veel momenten, inderdaad bromtonen gemeten zijn. Het gaat dan met name om de diepe nacht. 

Ten tweede omdat het onderzoek op onwenselijke wijze beperkt is gehouden en de gemeente, de opdrachtgever voor onderzoek, heeft laten blijken dat het niet blij was met de resultaten. Zij zijn maandenlang bezig geweest met de vraag hoe hiermee om te gaan. En er was een WOO-onderzoek voor nodig om het als vertrouwelijk aangemerkte onderzoeksrapport boven tafel te krijgen. 

Het rapport is afgelopen augustus overhandigd aan de gemeente en daarna maandenlang achtergehouden. Ook de fractievoorzitters van een aantal gemeentelijke politieke partijen hadden er geen weet van. 

Er was dus bij de gemeente geen sprake van een transparant proces. Het gemeentebestuur en hun ambtenaren wilden zich eerst uitgebreid beraden over de uitkomsten. Gezien het gegeven dat WP Dronten het modernste en verreweg het grootste project is in Nederland met meer dan 140 reusachtige windturbines bij elkaar, was het wel duidelijk dat de huidige nationale benadering met de zichtbare regie vanuit Den Haag er zijn stempel op zou drukken. Het overleg achter de schermen laat zich raden. Maar onder de grote druk van de lokale critici was publicatie niet langer tegen te houden.

Wat blijkt nu verder uit het rapport zelf?

Voorop stond het doel van het onderzoek. Dit was het inzichtelijk maken van de invloed van de windturbines op de algehele geluid- en trillingssituatie in de omgeving. 

Nu gaat het natuurlijk steeds in de eerste plaats om de invloed van het geluid op mensen en de hinder die zij ervaren, dat hoort onlosmakelijk bij de algehele geluidssituatie. Meldingen van omwonenden zijn daarom ook in de hele periode meegenomen. 

Maar nergens in het rapport wordt daarop ingegaan!? 

En ook nergens wordt ingegaan op de mogelijke indicatoren voor hinderlijkheid. De waarom-vraag “Wat maakt nu dat mensen wel of geen ernstige hinder van windturbinegeluid ervaren?” is toch dat waar het in feite om gaat? Wat is nu eigenlijk de ernst van de impact? Welke sterktes in relatie tot duur, frequenties, patronen enzovoort veroorzaken ernstige hinder of meer? 

Waarom wel laagfrequent geluid meten, terwijl er in Nederland nog geen specifieke wet- en regelgeving voor is?

Nergens wordt er gesproken over de amplitudemodulatie van de windturbines. Bekend is dat door dit verschijnsel het windturbinegeluid bij mensen veel eerder ernstige hinder, zo niet slapeloosheid, veroorzaakt dan bij gewoon geluid, uitgedrukt in dB(A). De toegepaste geluidsnormen voor windturbines zijn nog steeds allemaal in dB(A).

Amplitudemodulatie is het bekende gegeven dat het typerende ritmische geluid van windturbines, hoorbaar via het “whoosj” geluid, heel anders is dan verkeerslawaai en dergelijke. Maar de huidige instructieregels van de overheid voor het vergunnen van de turbines houden daar in het geheel geen rekening mee! 

En ook nergens in het rapport wordt er gesproken over de bedreigende rol van infrageluid, noch over de mogelijke metingen daarvan. Vooraanstaand Duits onderzoek, van de Umweltbundesamt in 2022, laat duidelijk zien dat dat wel vereist is voor goed inzicht. 

Zo is er ook in verband met laagfrequent geluid, in deelrapport 1, gezegd dat er gebruik is gemaakt van zowel de NSG-richtlijn uit 1999 als de Vercammen-curve. Van beide methodes, die uit de vorige eeuw stammen, is bekend dat deze niet gevalideerd zijn voor het turbine geluid met het specifieke amplitude gemoduleerde karakter van de laatste 20 jaar. 

En dan is er ook nog eens bekend dat er op basis van de huidige, achterhaalde, regelgeving van de overheid alleen gemeten hoeft te worden op de gevel van woningen en niet binnen in woningen. Toch worden er wel in dat deelrapport 1 en op basis van de genoemde twee methodes schattingen gemaakt van het hinderniveau binnen. Dat is natuurlijk niet voor niets. Daar slapen en rusten de mensen toch!

Maar in het hele onderzoek is er, ondanks het algemeen erkende belang van de situaties binnen in woningen, niet inpandig gemeten.

Er blijken ook grote beperkingen uit de conclusies

Het onderzoeksbureau schrijft ook: De originele opzet van het onderzoek was, dat er “een situatie gecreëerd zou worden die het mogelijk zou maken om te meten met en zonder in bedrijf zijnde turbines." 

En dat is dus in de 1,5 jaar van de periode van het meten niet gelukt! De exploitanten van de projecten wilden dus niet meewerken! De vraag blijft in hoeverre die exploitanten zich gesteund wisten door de overheid.

Middels het meten zonder dat er turbines in bedrijf zijn zou er “een goede vergelijkende analyse mogelijk zijn" . Nu is dus de kwaliteit van de vergelijking en conclusies beperkt. Het bureau schrijft verder: "De conclusies baseren we nu op basis van vergelijkingen met name bij een windsnelheid van 2 tot 4 m/s.” "Bij andere windsnelheden is onvoldoende data voor een goede vergelijking.”

Het betekent dat alleen op basis van de lage windsnelheden, dus die onder 4 m/s, belangrijke conclusies zijn getrokken.

Let wel: Het ging om een relatief groot onderzoek in de omgeving van het grootste windproject van Nederland met de mogelijkheid om veel betere conclusies te trekken over de impact van windturbinegeluid. Een project waarmee alleen al de bouw van de turbines meer dan een miljard euro heeft gekost. 

Hoe zou het dan zijn bij normale en hoge windsnelheden? Hier wordt niet verder op ingegaan.

Heel algemeen kan gesteld worden dat uit het rapport niet goed blijkt hoe de conclusies tot stand zijn gekomen. 

De huidige rapportage biedt geen inzicht in de metingen en omstandigheden tijdens de hinder meldingen. Het rapport zou moeten voorzien in volledige openheid met betrekking tot de meetgegevens. Van een publiek gefinancierd onderzoek mag dit als vanzelfsprekend verwacht worden.

De filtering

Het meeste gemeten geluid, blijkt uit de bijlagen, is in dB(A); alleen het laagfrequente geluid is ook ongewogen gemeten in “tertsbanden tot en met 200 Hz”. Merkwaardig dit laatste, want laagfrequent geluid is per definitie geluid tussen 20 Hz en 125 Hz. Waarom tot 200 Hz? Ook dit wordt niet toegelicht. 

Bekend is dat het geluid onder de 20 Hz, het infrageluid, niet hoorbaar is, maar toch wel, bij voldoende sterkte, waarneembaar. Die waarneembaarheid is in algemene zin een belangrijk onderwerp van wetenschappelijk onderzoek. Duidelijk blijkt wel uit de wetenschap dat sensitieve mensen veel makkelijker waarnemen dan anderen. En ook blijkt, dat wel 25 % van de gewone mensen als sensitief aangemerkt kan worden. 

Bekend is ook dat infrageluid van windturbines een basisfrequentie (amplitude modulatie frequentie) heeft die gelijk is aan de frequentie waarmee de wieken de mast passeren. Dit ligt normaal gesproken onder de 1 Hz.

Infrageluid met deze frequentie gaat vrijwel ongehinderd dwars door muren heen. Bovendien is natuurkundig bekend dat er door deze frequentie resonanties in constructiedelen van huizen kunnen plaatsvinden bij eigenfrequenties die een geheel veelvoud zijn van de basisfrequentie, dat is bij de zogeheten harmonischen. Die resonanties, die wisselend kunnen optreden, veroorzaken dan sterke trillingseffecten in huizen. Dit zal zodoende eenvoudig leiden tot veel sterker geluid in het hele spectrum met ook de hoorbare bromtonen in het laagfrequente gebied. 

Zeker is dus dat het gedeelte infrageluid van het spectrum niet gemeten is en dus ook niet meegewogen is. En ook zeker is dat er niet aanvullend inpandig gemeten is.

Bovendien wordt niet goed duidelijk gemaakt hoe het laagfrequente geluid onderscheidend beoordeeld is van gewoon geluid. Er wordt verwezen naar staafdiagrammen in de bijlage van het eindrapport, maar die zijn daar niet te vinden. 

Laagfrequent geluid en infrageluid reiken veel verder dan het gewone geluid. Het gaat dan om geluidsgolven van windturbines met veel meer energie dan de golven van het geruis van het gewone geluid. Het gewone geluid mag dan voor mensen beter gehoord kunnen worden; op grotere afstanden is daar niet veel meer van over en zijn het het laagfrequente geluid en het infrageluid die samen het grootste deel van de impact veroorzaken. Bij de situatie van het project hier met Windplan Blauw en Windplan Groen bij elkaar gaat het over meer dan 140 turbines op beperkte afstand van elkaar. Dan moeten we dus rekening houden met de optelsom (cumulatie) van het geluid van alle windturbines die in elkaars nabijheid staan. Lastig om te meten, dat wel. Want voorwaarde is dat het hele geluidsspectrum op de juiste wijze en met goede apparatuur gemeten wordt.

Het kan en moet anders

Dit jaar is gebleken dat prof. Mattsson en zijn groep met hun Soundsim-methode, op basis van goede meetapparatuur en geavanceerde dataverwerking, wel alle geluid op grotere afstanden van windturbines in kaart kan brengen. Deze methode is nog eens extra onderscheidend in het geval van grote clusters van turbines, met dus meer turbines op grotere afstanden dan alleen de dichtstbijzijnde. Daar is naar verhouding enorm veel meer infrageluid en laagfrequent geluid vergeleken met gewoon geluid, wat normaal alleen gemeten wordt met het A-filter.   

De methode maakt zowel interferenties en cumulatie vanuit diverse windturbines alsmede het ‘stampen’ van een gezamenlijk windturbinepark op woningen inzichtelijk. 

Kortom, het rapport toont wel de gezondheidsbedreiging van bromtonen, door een cluster van windturbines aan, en licht hiermee gelukkig een tip van de sluier op. Een sluier die helaas al jaren boven de verhitte discussies hangt. 

Maar de andere kant is dat wij op basis van de rapportage nog veel ergere effecten kunnen verwachten. 

Het leidt voor nu tot drie fundamentele zaken:

  1. Alle details van het onderzoek moeten direct openbaar gemaakt worden.
  2. Gebleken is dat onderzoeken (op andere locaties) te kort schieten en dringend verbetering behoeven
  3. Uit voorzorg en in afwachting van een nieuwe beoordeling van de onderzoeksgegevens moeten de meest relevante windturbines, in overleg met omwonenden, ‘s nachts stilgelegd worden.

Zie ook https://nlvow.nl/actueel/gelekt-rapport-dronten-verklaart-gezondheidsklachten-door-windturbines voor meer achtergrond. Onderstaand is de te downloaden PDF opgenomen van het betreffende rapport.

Categorie